De pre-seed ronde financiert de allereerste meters: scherp krijgen welk probleem je oplost, voor wie precies, en hoe je dat probleem het best toetst met een minimale eerste oplossing. Het gaat minder om perfecte omzetcurves en meer om bewijs dat je dichter bij product‑market fit kunt komen. Je haalt kapitaal op om klantinzichten te verzamelen, een MVP te bouwen en de eerste betalende signalen te zien – niet om een groot team te staffen of breed te adverteren.
Wanneer ben je klaar voor een pre‑seed ronde?
Je bent klaar wanneer je probleemdefinitie messcherp is en je aannames op tafel liggen. Je weet wie de early adopters zijn, je kunt hun pijn concreet beschrijven en je hebt al gesprekken gevoerd die dit bevestigen. Ideaal heb je kleine bewijzen: een wachtlijst, letter of intent, pre‑orders, of pilots waarvoor mensen bereid zijn te betalen. In deze fase maak je keuzes: welk segment eerst, welke use‑case eerst, welke kanalen je gebruikt om deze doelgroep te bereiken. Hoe duidelijker dit kader, hoe sterker je verhaal.
Wat verwachten investeerders te zien?
Vertrouwen ontstaat door focus en snelheid. Laat klantgesprekken en cohort‑notities zien, een beknopt probleem‑/oplossingsverhaal, en een routekaart naar een testbaar MVP met duidelijke beslismomenten. Metrics zijn nog licht, maar niet afwezig: conversies op je wachtlijst, vroege bereidheid om te betalen, of usage‑signalen uit prototypetests. Toon dat je de economische kant begrijpt, ook al is die nog ruw: prijshypotheses, kostenraming per MVP‑iteratie en een plan om je runway minimaal 12 maanden te laten duren.
Wat hoort er in je deck?
Vertrek vanuit het probleem en de doelgroep, niet vanuit features. Laat zien wat je al geleerd hebt, wat de volgende experimenten zijn en welke beslissingen je op basis daarvan neemt. Maak je markt tastbaar met TAM, SAM en SOM op het juiste niveau van zoom: niet ‘de hele wereld’, maar het segment dat jij als eerste bedient. Sluit af met een heldere inzet van middelen: hoeveel maanden runway koop je, welke mijlpalen haal je wanneer, en hoe ziet ‘voldoende bewijs voor seed’ er bij jou uit.
Structuur en instrumenten
Pre‑seed wordt vaak opgehaald met SAFE of convertible notes vanwege snelheid en eenvoud. Houd de cap, discount en eventuele MFN‑clausules eenvoudig en zorg dat je later geen onbedoelde verwatering oploopt. Het doel is slank en wendbaar blijven, met genoeg budget voor research, prototyping, eerste distributietesten en een paar gerichte hires die cruciaal zijn voor bewijs, niet voor hiërarchie.
Veelgemaakte fouten bij pre-seed (en hoe je ze vermijdt)
De grootste valkuil is breedte boven diepte: te veel features, te veel doelgroepen, te weinig harde leermomenten. Een tweede valkuil is ‘vanity traction’: downloads of sign‑ups zonder intentie om te betalen. En tenslotte: geld vragen om ‘te bouwen’, zonder een plan voor wat je met dat bouwen wil bewijzen. De remedie: formuleer scherp welke risico’s je in deze ronde reduceert (probleem, oplossing, distributie, prijs) en koppel elk risico aan een experiment met een duidelijke drempel voor “doorpakken of bijsturen”.

